Baby’s en dreumessen
Ik ontdekte deze wereld vol wonderen… basis voor een avontuur!
Bij baby’s kunnen zich al problemen voordoen, waarover u zich zorgen maakt. Er kunnen signalen zijn, die mogelijk wijzen op een sensomotorisch probleem. Te denken valt aan te weinig spierspanning of juist te veel (overstrekken). Ook kunnen baby’s een voorkeurshouding van het hoofdje ontwikkelen, eventueel gepaard gaande met een afvlakking van de schedel. Tevens is het mogelijk dat baby’s erg onrustig zijn, dat zij niet willen gaan slapen, dat zij veel huilen of dat zij een chronische aandoening aan bijvoorbeeld de luchtwegen hebben. Dit alles kan een invloed hebben op de motorische ontwikkeling van een zuigeling en dit kan er mogelijk toe leiden dat een baby, hoe kort het leventje tot dan toe pas is, een achterstand in het bewegen heeft.
Vaak signaleert u een probleem en overlegt u dit met de consultatiebureau-arts of de huisarts. Mogelijk twijfelt u of behandeling door de kinderfysiotherapeut nodig is. Wij kunnen met u meedenken en uw baby onderzoeken. Vaak geldt: hoe eerder een kind behandeld wordt door een kinderfysiotherapeut, hoe kleiner de verstoring van de ontwikkeling en hoe minder behandelingen er nodig zijn.
De eerste twee behandelingen van baby’s gebeuren aan huis en daarna afhankelijk van de situatie aan huis of in de praktijk. U krijgt praktische adviezen en oefeningen.
Enkele voorbeelden van behandelindicaties:
- motorische ontwikkelingsachterstand
- asymmetrische zuigeling, Kiss syndroom, voorkeurshouding
- plagiocephalometrie, indicatie helmtherapie bij plagiocephalie (afplatting van het hoofdje)
- te sterk of slap kind
- huilbaby
- billenschuiver
- cerebrale parese
- spina bifida
- te vroeg geborene
- plexus brachialis laesie
- sensorische informatieverwerkings problemen
Meting van de afplatting van het hoofdje (PCM)
Wij maken gebruik van een meetmethode, die de mate van afplatting van hoofdjes van baby’s met een voorkeurshouding kan vaststellen. Dit is een kindvriendelijke methode. We maken gebruik van een smal bandje dat bij verwarmen vervormbaar wordt. Als dit bandje is afgekoeld tot een aangename temperatuur wordt het om het hoofd van uw baby gedaan. Na enkele minuten is het hard en kan het weer af. Het bandje laat een precieze weergave van de vorm van het hoofdje zien. Hier wordt een scan van gemaakt waarna de mate van de afplatting wordt berekend. Rond de leeftijd van 5 maanden kan de meting herhaald worden. Er wordt dan berekend hoeveel verbetering opgetreden is. Als de vorm van het hoofdje onvoldoende is verbeterd, geven we u ter overweging om voor een helm te kiezen.
“Mijn baby kijkt steeds naar een kant en zijn hoofdje is aan een klant plat, is dat normaal?”
Deze vraag wordt zeer regelmatig gesteld: bij uw kind is dan sprake van een voorkeurshouding. De laatste jaren is er een toename van de ontwikkeling van een voorkeurshoudingen bij jonge baby´s. Dit houdt verband met het advies om baby´s na de geboorte op de rug te leggen ter voorkoming van wiegendood. Sindsdien is het aantal kinderen dat overlijdt aan wiegendood sterk gedaald. Helaas is er wel vaker sprake van een voorkeurshouding en een asymmetrisch afgeplat hoofdje.
Andere oorzaken voor een voorkeurshouding zijn:
- Voortzetting van een al bestaande voorkeurshouding in de baarmoeder.
- Afwijkingen aan heupen en / of wervelkolom.
- Moeite met de hoofdbalans.
- Een bloeduitstorting in de spierbuik in een van de spieren in de hals, dat duidelijk zichtbaar en voelbaar is als een stevige zwelling zo groot als een knikker.
- Verhoogde strekneiging.
Behandeling voorkeurshouding:
We leggen uit en doen u voor, hoe u uw kind kunt dragen en neerleggen om zoveel mogelijk het draaien naar de andere kant uit te lokken. U krijgt gerichte oefeningen aangeleerd en op papier aangereikt die u dagelijks kunt toepassen in de verzorging.
Begeleiding van het afgeplatte hoofd:
Omdat het hoofdje hard groeit, de botstructuur in de eerste periode nog week is en de schedelnaden nog niet dicht zijn, kan het hoofdje gemakkelijk vervormen als uw baby steeds in dezelfde houding ligt. Het mechanisme werkt als bij een ballon met water die je op een vlakke ondergrond legt. Op de plek waarop het kind steeds ligt wordt het hoofdje platter en aan de zijkanten boller. Ook in het gelaat kan de asymmetrische vervorming zichtbaar worden. Gelukkig blijft de inhoud van het hoofdje gelijk en is er bij onderzoek gebleken dat er geen druk op de hersenen komt. De schedelvorm kan zich in de loop van de jaren weer enigszins herstellen. Afhankelijk van de ernst van de afplatting kan helmredressie ingezet worden. De meest optimale periode daarvoor is de leeftijd van de 6e t/m de 12e maand. De praktijk heeft goede samenwerkingsverbanden met helmredressieteams in de omgeving.
Op de leeftijd van 2 à 3 maanden meten wij het hoofdje van de baby met een speciale band om vast te stellen hoe de afplatting precies is. Zo hebben we een startpunt en kunnen we na ongeveer 2-3 maanden zien of er sprake is vaneen toe- of afname van de afplatting. Na 2 tot 3 behandelingen komen we niet meer wekelijks bij u thuis, maar volgen we de ontwikkelingen bij uw kind totdat er voldoende verbetering is opgetreden.